De motor start weer en het is nu echt zover om te gaan vertrekken naar Bermuda.
Door de vertraging van 1,5 weken heb ik nog wel mijn online marketing cursus kunnen afronden. Dit heb ik opgepakt vanaf oktober en kon dit online doen. Lekker gevoel dat het klaar is en geeft ook inzichten voor mijn toekomst als ik weer thuis ben, maar dit wil ik voor nu nog even uitstellen.
Het is 18 mei en de trip zal ca. 5-6 dagen duren. De weersvoorspelling ziet er goed uit. Het belooft een redelijke rustige tocht te worden. De laatste paar dagen zijn er veel buien en onweer om ons heen en soms ook dichtbij. Dit is wel een nadeel van de Bahama’s; het weer is onstabiel en daarmee zijn de voorspellingen ook niet altijd betrouwbaar.
We zijn er helemaal klaar voor om te vertrekken, terug naar huis via Bermuda naar de Azoren. Het is er wel één met gemengde gevoelens. We laten nu de Caribean achter ons en komen de komende weken dichterbij huis. Op dit moment zijn we ook wel even klaar met de hitte, echter, we weten ook dat als de flipflops weer ingeruild worden voor gewone schoenen en de korte broek voor een lange broek dat dit wel even wennen zal zijn. Op het moment dat we bepaald hadden om via de Bahama’s naar Bermuda te gaan, wilde ik toch wel even weten hoe het eigenlijk zit met de beruchte Bermuda Driehoek. Dus Mr. Google geraadpleegd. Wow, in mijn beleving is het een kleine driehoek bij Bermuda. Echter, wat denk je? Hij is GROOT! De Bermuda Driehoek loopt tussen Bermuda, Miami en Puerto Rico. In deze driehoek zijn de afgelopen 100 jaar zeker 50 boten en 20 vliegtuigen verdwenen. Er is nooit meer iets van deze toestellen teruggevonden. Het is onduidelijk wat dit fenomeen veroorzaakt, maar wetenschappers wijten het aan de onvoorspelbare natuur. Terwijl ik dit lees, komt het besef dat we op dit moment midden in de driehoek zitten en ook de tocht vanaf hier naar Bermuda binnen deze driehoek is. Toch maar even bespreken met de captain hoe hij hierover denkt. Conclusie: als we het juiste weergat hebben, is er niks aan de hand. Oké, daar maar op vertrouwen dan, maar af en toe moet ik er wel aan denken.
De eerste dag van de tocht hebben we lekker een zonnetje en het is rustig weer. Wel staan er vervelende golven en Maximo klapt er af en toe op. Ook omdat we aan de wind zeilen. De 2e dag is super relaxed en dit geeft ons vertrouwen voor de rest van de trip. Ik heb een paar maaltijden voorbereid en gezien de weersvoorspelling kan ik onderweg koken, volgens Eric. De volgende dag is het echter anders. De wind neemt toe, komt uit een andere richting. Het wordt iets oncomfortabeler en we zien ineens op de weerkaarten een tropische cycloon richting Bermuda. Ja hoor, dit stond gisteren nergens op de kaarten, ook niet op 96 uurs voorspelling en nu dit?! Bevestigt maar weer hoe onvoorspelbaar het weer in de Bahama’s is. Zoals het nu lijkt, krijgen we er geen last van, maar je weet nooit hoe die depressies zich gaan ontwikkelen. De volgende dag heeft dit ding ook inmiddels een naam gekregen: Andrea. De eerste tropische storm van het orkaanseizoen. Ja hoor, hebben wij dit. Ik moet ook weer denken aan de stomme Driehoek en de onvoorspelbare natuur. We besluiten iets noordelijker te gaan, ook in verband met de wind en zodat we ver weg bij deze Andrea blijven. Inmiddels maken we meer mijlen hierdoor en zullen we ook de tocht niet in 5 dagen kunnen doen. Dit is een tegenvaller. Op de 4e dag word ik om vijf uur uit mijn slaap geroepen door Eric: “nu komen, er komt een bui, we moeten een rif in het zeil zetten.” Snel het zeilpak aan en naar buiten. Het waait nog niet, maar we zijn nog niet klaar of de bui barst los en de wind wordt aangedraaid tot minimaal 20 knopen. We hopen dat de wind weer wat zal zakken, echter, vanaf nu zal de wind aan blijven voor minimaal 36 uur. Het wordt uiterst oncomfortabel, golven kletsen over de Maximo en ook af en toe in de kuip. Al snel zijn we 2 verzopen katjes. Maximo beukt tegen de golven in en je hoopt dat alles heel blijft. Nog steeds varen we aan de wind. Ik word steeds stiller en zelfs een beetje misselijk. Het avondeten bestaat uit broodjes met pindakaas. Mijn eetlust is even verdwenen in de woeste golven van de zee. Wat heeft de zee toch veel verschillende gezichten. Tot ’s nachts 2 uur houden we samen de wacht in de kuip en dan ga ik de kooi in. Echter, in deze omstandigheden is slapen niet eenvoudig. Ik ril in mijn bed. Is dit van de kou of ook van de stress? Uiteindelijk val ik toch een beetje in slaap. Eric kijkt inmiddels scheel van de vermoeidheid en moet toch echt ook even slapen. Gelukkig lukt dit een beetje. Ik verlang ernaar dat de wind uitgaat
en er weer rust is op de Maximo. Nog even volhouden. Het ziet er naar uit dat in de loop van de middag de wind zal afnemen en het goede nieuws is: morgen komen we aan op Bermuda. Hier kijken we naar uit, ook omdat we een meet & greet hebben met 4 andere Nederlandse boten, nl. K’dans, Zeester, Luna Verde en Maaike Saadet. Zij bereiden zich ook voor op de oversteek naar de Azoren, behalve de laatste. Zij zetten koers richting het noorden, naar Halifax. Rond het middaguur komen we de baai binnen bij St. George’s, eerst inklaren en dan ankeren. Wat zijn we blij dat we er zijn en wat zijn we moe. Toch hebben we nog genoeg energie om Maximo van binnen te ontzilten, op te ruimen en af te sluiten met een happy hour om 17:00 uur in de kuip. Als de andere boten ons zien, komen ze ons snel even begroeten. Zij weten hoe het werkt na zo’n lange tocht: snel de kooi in en bijslapen. Morgenavond gaan we met z’n allen bbq-en en hebben dan genoeg tijd om gezellig bij te kletsen. Wat wel nog even ter sprake komt, is dat er mogelijk een goed weergat is op dinsdag. Het is vandaag vrijdag. Dat betekent weinig tijd om Bermuda te ontdekken en we kunnen alweer de “voorbereidingsmodus” aanzetten.Bermuda is een overzees gebiedsdeel van het Verenigd Koninkrijk. Dit is goed te zien in het dorpje St. George’s. Het doet heel Engels aan. Het heeft een tropisch klimaat. De dollar is de munteenheid. Ook hebben ze een eigen Bermuda dollar. Deze en de US dollar worden beide gebruikt. Opvallend is dat het prijsniveau erg hoog ligt. Het prijsverschil met Nederland is gemiddeld + 103%. Verdere nice to knows: Bermuda heeft een van de hoogste inkomens per persoon ter wereld heeft ($69.900 p/jaar), cricket is de belangrijkste sport, de bermudashort is vernoemd naar Bermuda…..
De bbq op zaterdagavond is erg gezellig en wordt afgesloten met eenaprès-bbq borrel op de Maaike Saadet. Het lijkt er toch echt op dat we dinsdag door zullen gaan naar de Azoren. Dus nog 2 dagen bijtanken, voorbereiden en weer door! Helaas hebben we dus verder geen tijd om Bermuda te bekijken, maar een goed weergat naar de Azoren is nu belangrijker en wat leuk is: we vertrekken met z’n 4-en op dinsdagmiddag 28 mei. Min. 1800 mijl voor de boeg, het weer ziet er goed en rustig uit. Gelukkig de wind in de rug en niet zoals naar Bermuda er tegen in. De verwachting is dat we er 14 dagen over gaan doen. Maximo beweegt zich heerlijk rustig in het water, wat relaxed en rustig. Al snel zien we de andere boten niet meer. Wel hebben we nog langere tijd contact met Luna Verde via de marifoon. Na dag 2 is deze ook buiten het marifoonbereik en zijn we alleen op de blauwe oceaan. Elke dag delen we een update met elkaar over o.a. de positie en de koers via mailtjes met de Iridium Go.
Na de eerste week komen we dichtbij de K’dans. Zij hebben vanaf het begin een meer noordelijke koers gevaren en omdat wij nu ook meer naar het noorden varen (in verband met het hoge druk gebied waar we anders in varen = geen wind) komen we op zo’n grote oceaan weer zo dicht bij elkaar. Via de marifoon kunnen we weer contact hebben; dit is fijn en gezellig. Wat ons opvalt, is dat dit een drukke scheepvaartroute is met veel tankschepen. Dit in tegenstelling tot de route van de Canarische eilanden naar Barbados. Hier kwamen we gedurende de tocht van 18 dagen maar een paar keer een boot tegen, maar hier elke dag. Dit is ook wel een geruststellende gedachte. Mocht je hulp nodig hebben, dan is dit wel meer binnen bereik. De hele week hebben we mooi weer; warm, soms te weinig wind. ’s Nachts wordt het wel frisser en ook vochtig. Dus met de zeilpakken aan doen we de wacht en op dag 8 zelfs weer voor het eerst in de slaapzak geslapen. Hoe lang duurt het nog is een vraag die me vaak bezig houdt, in tegenstelling tot Eric. Ik ben echt de nachtjes aan het aftellen als een klein kind. We komen steeds een beetje dichterbij de Azoren met het Azoren hoog (hoge druk gebied). Dit betekent weinig wind met windstiltes. Het is een hele puzzel hoe hiermee om te gaan, welke koers en hoe gaan we dit ronden? Ook verandert het hoge druk bijna elke dag van plek, dus tja……wat is de beste koers? De wind is minimaal en Eric geeft aan dat dit ideaal weer is voor de genaker, zodat we nog wel snelheid houden en dat willen we toch? Zo snel mogelijk op de Azoren aankomen. Ik heb een haat-liefde verhouding met de genaker. Het is zo’n groot zeil en ik vind het maar een gevaarlijk ding. Het komt ook door eigen ervaring. Vaak hebben we hem gebruikt met juist te weinig wind met het gevolg dat het zeil steeds inelkaar zakt en je continue ermee bezig bent. Ook komt het door verhalen van andere boten: verrast worden door veel wind met gevolg dat de boel kapot scheurt en het kan zelfs je boot plat trekken. Vooral ’s nachts ben ik er geen fan van. Toch gaan we dat apparaat hijsen en al snel gaan we min 2 knopen sneller en hij staat als een huis, perfect. Ook ziet het weer voor de nacht er stabiel uit en besluiten om hem te laten staan. Wel met de afspraak: mocht de wind gaan toenemen dat we elkaar wakker maken om de genaker naar beneden te halen. Dit is 2 keer gebeurd. ’s Nachts de genaker eraf. Gelukkig ging dit allemaal goed, maar ’s nachts in het donker dit soort handelingen vind ik nooit zo prettig.
Ondertussen is het leven aan boord relaxed. Ik heb al lekker veel boeken gelezen. Daarnaast heb je natuurlijk ook veel tijd om een beetje te mijmeren in de golven van de oceaan over het verleden, heden en de toekomst. Als ik terugkijk op de Caribbean is er in ieder geval één grote overeenkomst tussen alle eilanden die we bezocht hebben, nl. een verleden met slavernij. Tussen Cayman Brac en Cuba heb ik een boek gelezen, die al lang op mijn verlanglijstje stond: “Hoe duur is de suiker?” van Cynthia Mcleod. Het gaat over de slavernij op de suikerplantages in Suriname. Het besef dat we nu leven en niet in die slavernij periode stemt mij heel gelukkig.
Het is bijzonder om zo midden op de oceaan offline van alles te zijn. Het enige wat we hebben is naast de marifoon de satelliettelefoon om weerkaarten binnen te halen en het thuisfront op de hoogte te houden van het reilen en zeilen op de Maximo. Ook kunnen we hiermee de GPS tracking activeren en dagelijkse post uploaden. Voor een hier voor de dagelijkse berichtjes die we hebben gepost.
meer gedetailleerde beschrijving van deze tocht, klik danOp 10 juni zien we aan de horizon de Azoren in de zee. Dit is een Portugese eilandengroep van 9 vulkanische eilanden. We komen aan op maandag 10 juni, na precies 13 dagen, 1.964 zeemijlen (3.637 km) en een super mooie tocht met prachtig weer, heel veel zeeleven (dolfijnen, walvissen en Portugese oorlogsschepen (kwallen). We gaan vieren dat we ook deze oversteek weer samen goed hebben volbracht. Zoals dat hoort (traditie onder zeilers) doen we dat in Café Peter Sport In Horta. Cheers.